Eindelijk schijnt de zon weer met enige regelmaat, maar de vele regenval van het afgelopen halfjaar heb je vast ook opgemerkt. Er ging geen dag voorbij zonder regen. Tot grote frustratie van onze boeren op het land en de sector daaromheen. Inmiddels is het redelijk weer, maar we lopen ruim twee maanden achter op schema. De impact zal gedurende het jaar zichtbaar worden voor de consument, daar zijn wij van overtuigd. schema. De impact zal gedurende het jaar zichtbaar worden voor de consument, daar zijn wij van overtuigd.

Onbegaanbare velden en verloren oogsten

Door de vele regen is de grond lange tijd onbegaanbaar geweest en op sommige plekken is dat nog steeds het geval. Het begon afgelopen najaar al: bieten, aardappelen, enzovoort, die met veel pijn en moeite gerooid werden. Nog nooit hebben we in januari bieten gerooid: dit gebeurt normaal gesproken ergens in november. Een paar weken geleden zaten op sommige percelen nog de aardappelen van vorig jaar in de grond. Dit is allemaal verloren oogst. Dit jaar zijn we net zo slecht gestart als dat we vorig jaar geëindigd zijn.

Maar de boer klaagt toch altijd over het weer?

Dat komt omdat we hier dagelijks mee te maken hebben. Grote pieken en dalen merken wij als eerste. Dat het nat is, weten wij al maanden, maar het begint nu pas door te dringen in de maatschappij. De natuur is niet te dwingen, dus de kalenderlandbouw die politiek Den Haag heeft bedacht, is niet uitvoerbaar. Dat heeft zich inmiddels dubbel en dwars bewezen. Je kunt pas zaaien als de grond hier klaar voor is en het weer meewerkt. Dit geldt ook voor het bemesten, teelt ondersteunende werkzaamheden en het oogsten.

De late voorjaarswerkzaamheden kent nu al verliezers

De mais die vroeg is gezaaid, voelt zich niet happy. Hij heeft het koud en het is veel te nat. Dit zien we aan de ontwikkeling van de plant: klein en gelig (zie foto). Op plekken zijn de gewassen zelfs al verdronken. Ook gras kon lange tijd niet gemaaid worden door de nattigheid. Diegene die toch hebben gemaaid en gehakseld, hebben nu sporen in hun grasland gereden. Ook het land bemesten lukte niet, terwijl de mestputten bij veehouders vol zitten.

Mais plantjes

Niet alleen wij hebben er hinder van, ook loonwerkers. Die hebben een uitzonderlijk rustig voorjaar achter de rug. Nu het enigszins droog is, proberen loonwerkers iedereen tot dienst te zijn. Er ligt veel werk dat gedaan moet worden, maar deze achterstand inhalen gaat helaas niet. Een plant zal niet harder groeien. Dus voor de oogsten later dit jaar, zullen gewassen nog niet volgroeid zijn óf zullen we later oogsten. Dit is afhankelijk van contracten die akkerbouwers hebben met hun afnemers.

De biologische klok

Voor het telen van producten wordt zaai- en plantgoed gebruikt. Zaaigoed heeft als “voordeel” dat het niet ontkiemt als het in de zak blijft zitten. Plantgoed daarentegen gaat uitlopen vanwege de biologische klok van de plant en moet de grond in. Dit is bijvoorbeeld het geval bij bloembollen, aardappelen en uien. Als je plantgoed pas gaat poten als het al begint uit te lopen, kan het beschadigd raken en niet (optimaal) groeien tot volwaardig gewas. Ondernemers zullen hier financiële schade van ondervinden.

Onbewerkte stukjes grond

In de regio weert, maar ook in andere delen van het land, hebben we percelen met hoogteverschillen. Dit zorgt voor de nodige uitdagingen. Zo kan 80% van een perceel goed bewerkbaar zijn, terwijl 20% op bepaalde hoekjes of gedeeltes nog steeds te nat is. Wachten tot 100% bewerkbaar is, is geen optie. Daarom zul je op sommige percelen kleine stukjes onbewerkte grond zien. Wat niet gezaaid is, kun je ook niet oogsten en dus ook niet verkopen, wat weer financiële schade oplevert voor de ondernemer.

Ons vooruitzicht

We weten niet wat ons nog allemaal te wachten staat qua weersomstandigheden. Blijft het regenen of krijgen we een hittegolf? Joost mag het weten. Wel weten we dat we de normale productieniveaus niet gaan halen. Zo zullen er onder andere minder erwten, wortelen, aardappelen, uien, schorseneren en dergelijke zijn. België, Zuidoost-Nederland en Duitsland vormen het grootste teeltgebied van aardappelen in Europa. Ook zijn we hier het concentratiegebied voor het produceren van groenteconserven. Overal is het nat en de voorraden zijn niet groot, dus uiteindelijk zal dit een weerslag hebben op de prijs van levensmiddelen.