Niet de tegenstellingen benadrukken, maar verbinding zoeken. Dat is de insteek van de kennismaking tussen wethouder Henk van de Loo (Landschap en Buitengebied) van de gemeente Weert en de Boeren van Weert. De verenigde agrariërs zijn enthousiast over de handreiking tot samenwerking en hopen in de toekomst samen met de gemeente op te trekken om uitdagingen om te buigen in kansen. Een kennismaking die naar meer smaakt.
In het stadhuis van Weert ontmoet wethouder Henk van de Loo het bestuur van de Boeren van Weert. ‘We zijn een nieuwe vereniging’, zegt bestuurslid Sander Saes. ‘Inmiddels hebben twintig agrariërs zich aangesloten, van akkerbouwers en pluimveehouders tot melkveehouders en eigenaren van zorgboerderijen. Er bestaan nogal wat misvattingen over de agrarische sector en daar willen we verandering in brengen door onze innovatieve ondernemingen te tonen. Transparantie moet leiden tot meer begrip van de burgers, zodat we met respect voor de omgeving en natuur kunnen blijven ondernemen.’
Stakeholder
Van de Loo volgde in september Geert Gabriëls op, die werd benoemd tot gedeputeerde voor de provincie Limburg. De wethouder heeft onder meer Landschap en Buitengebied in zijn portefeuille en geeft aan de Boeren van Weert te zien als belangrijke stakeholder van de gemeente. ‘Het zijn jonge mensen die het hart op de goede plek hebben. Ze hebben het beste voor met hun bedrijf, maar ook met de ontwikkeling van Weert. Het is goed dat ze zich hebben verenigd, wat mij betreft kunnen we de dialoog op gang brengen en zo samen verder komen.’
Bestuurslid Thijs van Meijl zegt die uitnodiging graag aan te nemen. ‘We hebben elkaar nodig. De uitdagingen die op ons afkomen zijn groot en bovendien is het onduidelijk wat er nog allemaal aan zit te komen aan nieuwe regels.’
De leden van de Boeren van Weert zijn ondernemers met bedrijven van serieuze omvang. ‘De schaalvergroting is noodzakelijk om een rendabel bedrijf te runnen’, zegt bestuurslid Giedo Indenkleef. ‘Tegelijkertijd proberen we altijd zo goed mogelijk in harmonie met de natuur en het milieu te ondernemen. Een voorbeeld is het inzaaien van akkerranden. Bloemrijke akkerranden trekken insecten aan, zoals zweefvliegen, sluipwespen, bijen, gaasvliegen en vlinders. Dit stimuleert de biodiversiteit en helpt mee om op een natuurlijke manier plaagbeheersing in de landbouwgewassen te verbeteren. Kortom, daar profiteert iedereen van: de boeren, maar zeker ook de inwoners van Weert.’
Samenwerken
Indenkleef denkt dat de gemeente ondersteuning kan bieden bij het vergroten van het succes. ‘Door middel van subsidie van het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) is het inzaaien van de akkerranden kostendekkend. Ik hoef hier geen dikke boterham aan te verdienen, maar een boterham met een dun laagje boter zou al mooi zijn. De gemeente hoeft hierbij niet als geldgever te functioneren, maar misschien kan ze wel inwoners motiveren om dit initiatief te sponsoren. Je zou bijvoorbeeld met een aantal inwoners geld bij elkaar kunnen leggen om een akkerrand te adopteren.’
‘Nu de agrariërs zich hebben verenigd, kunnen we nog beter samenwerken’
Tijdens het gesprek ontstaan er al brainstormend verschillende ideeën. Van de Loo: ‘Alleen al hiervoor is het goed om bij elkaar te zitten. We ondersteunen als gemeente duurzaam ondernemen. Dat is een vrij breed begrip, dat reikt van bloemrijke akkerranden tot circulair ondernemen. Als het gaat over agrarische bedrijven betekent circulair ondernemen onder meer het gebruik van restproducten. Ook kijken we nadrukkelijk hoe de onderneming zich verhoudt tot de omgeving. Het moet uiteindelijk niet alleen duurzaam, maar ook veilig zijn.’
Desgevraagd legt Van de Loo uit wat hij voor de agrariërs kan betekenen. ‘Op het moment dat er vanuit een agrarische ondernemer een initiatief komt en we vinden dat we daarmee vooruit kunnen, gaan we samen kijken hoe. In Platteland In Ontwikkeling (PIO) Weerterland bespreken de gemeenten Weert, Nederweert en Leudal, Waterschap Limburg, Natuurmonumenten, provincie Limburg en de Limburgse Land- en Tuinbouwbond (LLTB) de ruimtelijke opgaven in het buitengebied en werken de partijen samen om deze opgaven te realiseren. Denk aan perspectief voor boeren, initiatieven voor duurzame energie en maatregelen tegen wateroverlast en droogte. Door projecten gezamenlijk op te pakken is het gemakkelijker om doelen te bereiken.’
Toekomst
Naast samenwerking met de gemeente vragen de bestuursleden ook om duidelijkheid. ‘We krijgen te maken met steeds complexere regelgeving’, zegt Heidi van der Pol. ‘Daar willen we op inspelen door uitdagingen om te vormen tot kansen. Daarvoor zijn we ondernemers geworden. Maar dan moeten we wel weten wat eraan zit te komen qua regelgeving. Nu wordt de ene keer naar links getrokken, de andere keer naar rechts, waardoor we voortdurend de weg kwijtraken en niet weten waar we in moeten investeren.’
Van de Loo zegt zich de onzekerheid te kunnen voorstellen. ‘De milieumaatregelen komen uit Den Haag. De lokale overheid heeft de beslissingen van de regering te accepteren. Als je het hebt over de ruimtelijke ordening in het buitengebied hebben we wel degelijk een rol. Hierin wegen we de belangen af tussen de vier hoofdrolspelers in het buitengebied: boeren, inwoners, recreanten en natuurbeheerders. Dat brengt me terug bij het belang van een stakeholder als de Boeren van Weert. Jullie zijn een belangrijke schakel en ik hoop dat we in gesprek blijven. We zullen het niet altijd met elkaars ultieme standpunt eens zijn, maar ergens moeten we elkaar wel zien te vinden. Ook kunnen we samen kijken naar mogelijkheden voor provinciale of Europese subsidies. Wat mij betreft moeten we niet kijken naar tegenstellingen, maar zoeken naar verbinding.’